Instellingen

Bij gemaakte back-uptaken of tijdens het maken van back-uptaken is het mogelijk om de taakinstellingen te bewerken.

Opmerkingen:

Om versies te roteren:

Back-uprotatie is een versiebeheermechanisme. Het is handig om back-upversies te beheren door automatische oudere onnodige versies te verwijderen en opslagruimte vrij te maken. U kunt deze functie inschakelen bij Taakinstellingen of configureren wanneer u een back-uptaak maakt.

  1. Selecteer de gewenste back-uptaak in het linkerpaneel en klik op Bewerken of Instellingen> Taakinstellingen.
  2. Selecteer Back-uprotatie inschakelen en kies de gewenste rotatiemodus:
  3. Geef het maximum aantal versies op. Wordt het maximum aantal versies overschreden, dan wordt de rotatie van de oudste versie gestart.
  4. Hebt u een regelmatig back-upplanning ingesteld bij Schema, dan kunt u een voorbeeldweergave zien van hoe uw back-upversies worden bewaard en het oudste herstelpint op de tijdlijn.
  5. Klik op OK om de instellingen op te slaan.

Opmerking:

Gegevensontdubbeling op bestandsniveau uitvoeren:

gegevensontdubbeling op bestandsniveau wordt ondersteund door Hyper Backup op DSM 6.1 of hoger. Naast de uitvoering van versieoverschrijdende gegevensontdubbeling kan Hyper Backup ook gegevensontdubbeling uitvoeren wanneer de bestanden worden herbenoemd of gekopieerd om opslagefficiëntie te verbeteren.

Opmerking: